Rasinfo
Land van herkomst: Verenigde Staten

Korte geschiedenis van het ras
De Bengaal is in de Verenigde Staten rond het jaar 1950 ontstaan uit kruisingen tussen wilde bengaalse tijgerkatten (Felis bengalensis, Asian Leopard Cat, Prionailurus bengalensis)

en gedomesticeerde katten, waaronder huiskatten, maar ook raskatten als de siamees en de burmees. De eerste kruisingen betroffen geen poging een nieuw ras te creëren, maar hadden te maken met een wetenschappelijk onderzoek naar kattenleukemie.
In latere jaren begonnen enkele fokkers met het doelbewust inkruisen van de bengaalse tijgerkat om zo een ras te creëren met het dramatische vlekkenpatroon van de wilde voorvader. Inmiddels is het percentage wild-kattenbloed van de kruisingen ongeveer 10 procent. De huidige bengaal is een vrij betrouwbare kat mits het een latere generatie betreft. De vroege kruisingen, met nog veel meer wild bloed, F1 t/m F4 zijn Foundation katten. Dit zijn katten voor gevorderden.

F1: ALC (Asian Leopard Cat) ouder X tamme bengaal ouder
F2: F1 ouder X tamme bengaal ouder (heeft een ALC grootouder)
F3: F2 ouder X tamme bengaal ouder (heeft een ALC overgrootouder)
F4: F3 ouder X tamme bengaal ouder (heeft een ALC overovergrootouder)
F4 en verder: SBT (Studbook Tradition, tam huisdier)


Karakter
Bengalen (F4 en latere kruisingen) zijn nieuwsgierige, actieve katten.Ze hebben een tot de verbeelding sprekend uiterlijk, en bewegen zich ook nog eens vloeiend als een wild dier. Ze hebben veel ruimte nodig hebben en houden ervan om vanaf een verhoging alles te kunnen blijven overzien. Ondanks dat ze van gezelschap houden, zijn de meeste volwassen exemplaren geen schoot- of knuffelkatten. Kittens zijn vaak nog wel echte schootliggers. Ze kunnen eigenzinnig zijn en vertonen nog regelmatig trekken die sterk doen denken aan hun wilde voorvaderen. Ze beschikken normaal gesproken over een groot sociaal vermogen en worden zeer slim en vindingrijk bevonden. Bengalen zijn vocaal ingesteld. Je kan hele gesprekken met ze houden als ze er zin in hebben. Wanneer ze het ergens niet mee eens zijn, zullen ze van zich laten horen. Ze vertonen absoluut trekjes van eenkennigheid. Wat natuurlijk ook wel heel vleiend kan zijn.
Ze kunnen het prima vinden met andere bengalen. Een ander ras is wel mogelijk maar ze zijn het best op hun plaats met katten die ook actief en assertief zijn. Bengalen houden nog wel eens van spelend pesten en daar moet het kattengezelschap tegenop kunnen. Met honden kunnen ze het vaak ook prima vinden. Een bengaal kan moeilijk alleen, zonder dierengezelschap, gehouden worden. Uitzonderingen daargelaten zal een bengaal die alleen is, wegkwijnen of een verschrikkelijk lastige verveelde kat worden. Een bijzondere eigenschap is dat ze dol op water zijn. Ze zijn dan ook regelmatig in de badkamer of zelfs onder de douche te vinden.

Een bengaal moet je niet alleen willen vanwege het uiterlijk. Je moet een bengaal ook willen vanwege het karakter. Je moet bereid zijn af en toe te slikken, je huis er op in te richten en te kunnen blijven lachen. Niet iedereen is geschikt voor een bengaal. Andersom is een bengaal ook niet geschikt voor iedereen. Het gaat om de chemie samen. Ben je bereid veel tijd in je bengaal te steken, heb je zin in een sterk aanwezige kat en vind je het niet erg als er hier en daar eens wat (al dan niet onbedoeld) sneuvelt, misschien is een bengaal dan wel wat voor jou.
Het zijn geen gemakkelijke katten om te houden, maar ben je eenmaal om dan wil je waarschijnlijk nooit meer anders!

Voor een beperkte indruk wat wij allemaal meemaken met onze bengalen, verwijs ik graag door naar mijn weblog.

Rasbeschrijving
Kop: wigvormig, klein in verhouding tot het lichaam, iets langer dan breed. De neusrug is lang en breed met een lichte welving waar de neusrug overgaat in het schedeldak. Zeer gewenst zijn geprononceerde snorhaarkussentjes.
Ogen: groot en amandelvormig tot rond.
Oren: tamelijk klein, iets naar voren gericht, breed aangezet.
Lichaam: vrij lang, gespierd en goed ontwikkeld met zware botten. De achterpoten zijn iets langer dan de voorpoten en de voeten zijn relatief groot en rond.
Staart: gemiddelde lengte, voelt stevig aan en heeft een afgeronde punt.
Vacht: opvallend dik, kort tot medium, ligt glad aan en is ongewoon zacht en zijdeachtig.
Kleur: van lichtgeel tot warmbruin, seal lynx, seal sepia, seal mink.
Patronen: gevlekt (spotted) of gemarmerd (marble).

Verzorging
De bengaal heeft relatief weinig vachtverzorging nodig. Het is zelfs af te raden de dieren te vaak te kammen of borstelen.

Een uitgebreidere rasinformatie vind je in het boekje EenRasApart.pdf geschreven door Kirsten bij het Vuur.
Cattery Ifness maakt haar content zelf, of gebruikt een bronvermelding met toestemming. Neem je content over, ook al herschrijf je het, een bronvermelding is wel zo netjes! Wie geen bronvermelding vermeldt, schendt het auteursrecht en is strafbaar. Te gebruiken link:

<a href="http://www.ifness.com/bengaal">© Cattery Ifness</a>